21.3.13

tijd van de rode boom

    
ik wachtte op de gang.  door de ruit in de deur zag ik ze in hun kringetje zitten, ze waren druk aan het praten, er gingen handen de lucht in, een meisje maakte wilde gebaren.  ik probeerde me voor te stellen waar het gesprek over ging.  over zwemmen misschien, de dag van vandaag, over wat ze gedroomd hadden. 
het kind zat heel dichtbij het bord, hij keek me van opzij even aan, en ik kon zien hoe trots hij was. dat hij het spannend vond dat ik daar nu echt was.  hij leunde tegen zijn vriendje.

het werd tijd, en ik mocht binnenkomen.  het was lang geleden dat ik me zo had gevoeld, zenuwachtig, blij, heel jong ook.  alsof ik een drempel over stapte en terugkwam bij wie ik vroeger was geweest. 
ik liet de plaatjes zien.  het waren allemaal verschillende bomen die ik had uitgezocht, vertaald in strepen van mondriaan, krullen van rembrandt, kleuren van van gogh. 
ze keken heel aandachtig.  ze zeiden: een boom moet bruin zijn, met groen van blad & mos.  dat het anders niet echt was. 
maar na een tijdje wezen ze alle kleuren aan die ze in de stam & takken zagen, hier paars, en wit, daar blauw, kijk zwart, oranje, grijs en roze.  en rood, het rood vonden ze het mooist.

ik vroeg: wat denk je dat de schilder voelde toen hij die boom zag?
een jongetje stak zijn vinger op, en zei: hij was heel blij omdat de zon scheen.  maar ook een beetje verdrietig.