27.2.13

vogeltijd



     
het heeft lang geduurd voor ik weer naar ze wilde kijken.  en het zijn niet de grote, de bijzondere, de kleurige vogels die ik wil zien.  dat zijn mannenvogels.  ontroering voel ik voor de kleine bolletjes die zich op trilpoten door mijn tuin bewegen, de kleuren & tekening van veren alleen zichtbaar als ik stil blijf.  tederheid, misschien wel.

ze verdringen zich nog steeds om de vetbollen.  het vinkenpaartje belaagt de koolmees, de merel loopt te zwaar om nog ver te kunnen vliegen, de roodborst scharrelt in zijn wereld van verdroogde hortensiastruiken.  ik stond voor het keukenraam, roerloos, en volgde de bewegingen van het pimpelmeesje, dat het kind pimpelmutsje noemt.  vanmorgen keken we heel voorzichtig hoe de gespikkelde boomkruiper zijn evenwicht bewaarde. 

ik herinner me de stem van mijn moeder alleen nog als ik mijn ogen dichtdoe, en hoor hoe ze me roept: vogeltje, vogeltje.  in de klank trilt koestering, en thuis.