16.1.13

leestijd





een stille dag vandaag.  de sneeuw dempt de geluiden van buiten.  de vogeltjes pikken zonder iets te zeggen hun kruimels.  er rijden geen auto’s meer door de straat.  af en toe loopt er iemand voorbij in de stomme film die zich buiten mijn raam afspeelt.
ik schrijf mijn boek dat gaat over het schrijven van een boek en over het leven van een leven.  en hoe dat soms samenvalt.
ik denk na over de woorden die ik kies, ik lees de zinnen die ik gisteren bedacht.

mama, zei het kind gisteravond, het is een soort wonder.  zijn ogen keken blij.
we zaten op mijn bed, hij had zijn pyjama al aan.  hij was me aan het voorlezen, zijn vinger bij elk woord, zijn mond bewoog voorzichtig mee met de letters, hij proefde het woord dat hij ontcijferd had en aan het eind van elke zin las hij alles weer hardop.  het ging heel langzaam maar dat gaf niets.  we hadden alle tijd.

mama, zei hij, het is een soort wonder.  dat er niet veel letters zijn.  en dat je daarmee alle woorden van de wereld kunt schrijven.
ja, zei ik. dat is een wonder.  we waren allebei een beetje stil, en daarna las hij verder.