22.1.13

identitijd




deze week ging het gesprek over identiteit.  we noemden het de google-biografie, dat verzamelen van willekeurige piketpaaltjes die een leven, ook mijn leven, markeren – de namen, de banen, de data, de titels, de medailles, de burgerlijke staten.  het zoeken van een wezen in daden, niet in zijn. 

wat is het voor een boek? vroeg hij me even later.  ik draalde met mijn antwoord. 
een biografie, zei ik, een beetje aarzelend, omdat ik net weer aan het nadenken was over het onmogelijke daarvan.  wat een aanmatigend genre eigenlijk, dacht ik.  hoe kan een biograaf om de daden heenkijken zonder dat hij fictie schrijft?  in de valkuilen van brieven en dagboeken graaft hij naar wat hij denkt dat mensenkennis is.  in de verhalen van anderen leest hij zich vermeend inzicht. het levensverhaal is een doolhof dat je niet zonder kleerscheuren verlaat.  het zegt niets over toen & daar, maar alles over hier & nu.  een autobiografie in schaapskleren.

uiteindelijk is dat niet waar het boek over gaat, zei ik nog.  
maar misschien moest ik iets anders schrijven.  misschien moest eindelijk het verhaal beginnen.