de hemel is vandaag kraakhelder, met af en
toe een veegje wit dat snel voorbij komt zeilen. soms fietst er iemand voorbij het
raam, waarachter ik zit te schrijven. de straat is stil, want het is zondag. af en toe klinkt er een harde onverhoedse
knal.
ik zat een tijd in de achterkamer om naar
de vogeltjes te kijken. de kleine bonte specht heeft zich niet meer laten zien,
maar het dappere roodborstje blijft gewoon bij de keukendeur scharrelen.
het is nu wel echt heel kaal.
het zijn die onbestemde dagen tussen oud en
nieuw. dagen van ingehouden adem,
van nog even, van geef me nog.